Een belfort is een typisch Vlaams bouwwerk en is een uiting van de rijkdom en de zelfstandigheid van een stad.  Sluis bereikte kort na haar oprichting al een grote bloei waardoor de bouw van een statig schepenhuis en belfort niet kon uitblijven.  Een leuke merkwaardigheid is dat Sluis het enig belfort van Nederland rijk is; de sierlijke toren is dan ook het merkteken van de stad.  Bovendien woont de bekendste Sluizenaar in de toren: "Jantje van Sluis". 

Met de bouw van het huidige stadhuis annex belfort werd aangevangen in 1386, ter vervanging van een ouder schepenhuis.  In de toren werden verschillende klokken gehangen, waaronder een noodklok die bij gevaar kon geluid worden.  In 1420 werd het stadhuis nog uitgebreid en zo kon Sluis pronken met een gebouw dat het waardig was om grote hoofden te ontvangen zoals de hertogen van Bourgondië en Engelse koningen.  Filips de Goede en Isabella traden er in het huwelijk (1430) en Karel de Stoute verloofde zich er met Margareta van York (1468).

Het gebouw heeft veel te lijden gehad van de belegering in 1604 door prins Maurits van Nassau en de Franse beschietingen van 1794.  In het najaar van 1944 werd het gebouw volledig verwoest door het Canadees bombardement, waarbij vele kunstschatten en archieven verloren gingen.  Het stadhuis annex belfort werd na de oorlog volledig  heropgebouwd.

Er hangt ook een beiaard in de toren, die regelmatig bespeeld wordt.  Toren en stadhuis zijn te bezoeken.  Vanop de toren heb je een prachtig vergezicht over het vlakke land en kun je bij mooi weer de zee en Brugge zien liggen.  Je moet wel een redelijk eind klimmen op een smalle wenteltrap, maar het zicht dat je als beloning krijgt, is het meer dan waard.  Binnenin is het stadhuis ingericht als museum en je kunt er ook de VVV (Toeristische Dienst vinden).

Foto 1: Het stadhuis met het trotse belfort vanop de Markt in Sluis
Foto 2: De raadszaal van het stadhuis