
»
Stadhuis met belfort
»
IJzertoren
»
Dodengang
»
Begijnhof
»
Sint-Niklaaskerk
»
Meer...

»
Museum aan de IJzer
»
Dodengang
» Meer...


Foto hierboven: beeld van
"Jette Vis" op de Vismarkt van Diksmuide
|
Diksmuide
Algemeen. Diksmuide is een kleine stad met een
agrarisch karakter. Het bevindt zich op de grens tussen de
kustpolders en zandleemgronden en wordt door de Handzamevaart en
de IJzer bevloeid. Rond de stad liggen uitgestrekte
vruchtbare velden. De groene horizon wordt slechts nu en
dan doorbroken door kleine dorpjes en boerderijen. Door de
landelijke ligging is het niet eigenaardig dat er geregeld
tractoren door het centrum denderen. Eén van de bekendste
producten van de stad is Diksmuidse boter die gewaardeerd wordt
tot ver buiten de streek. Hier, aan de oevers van de
IJzer, werd de Duitse invasie in 1914 gestopt wat resulteerde in
een 4 jaar lang durende stellingenoorlog. De stad lag vlak
op de frontlijn en werd letterlijk volledig met de grond
gelijkgemaakt. Diksmuide is een mooi voorbeeld van de
typische wederopbouwarchitectuur waar zoveel mogelijk gebouwen
naar hun oorspronkelijke toestand werden herbouwd. Het is
niet toevallig dat hier één van de bekendste monumenten van de
Eerste Wereldoorlog werd gebouwd: de IJzertoren; een eerbetoon
aan de gesneuvelden maar ook een symbool van de Vlaamse
ontvoogding. Er verschillende fiets- en autoroutes in de
streek die je langs de mooiste (en meest tragische) plekjes
brengen met de Grote Oorlog als rode draad.
Havenstad, lakenstad,
boterstad. Diksmuide is ontstaan aan wat nu de
Handzamevaart is, dicht bij waar deze in de rivier de IJzer
vloeit. De kustlijn lag toen veel verder landinwaarts en
een groot deel van het gebied waar nu de kustpolders zijn, liep
regelmatig onder water. Diksmuide lag toen in het
mondingsgebied van de IJzer en had hierdoor een haven. Dit
samen met de vruchtbare gronden zorgden ervoor dat het plaatsje
gestaag kon groeien en vanaf de 11e eeuw regelmatig begon op te
duiken in de geschiedschrijving en het in de loop van de 12e
eeuw stadsrechten kreeg. Door verzanding en inpoldering
ging de haven na verloop van tijd verloren. Net zoals in
andere Vlaamse steden zoals Ieper, Brugge en Hondschoote was ook
in Diksmuide de lakenindustrie heel belangrijk en zorgde ze er
voor grote voorspoed. De stad had zelfs haar eigen
lakenhalle. Aan de andere kant was de stad ook meermaals
het slachtoffer van de spanningen tussen de graaf van Vlaanderen
en de Franse kroon enerzijds en de tegenstrijdige belangen van
de Vlaamse steden onderling anderzijds. Eind 13e eeuw
kreeg Diksmuide haar eerste stadsomwalling maar dit kon niet
verhinderen dat ze in 1299 door de Fransen werd ingenomen.
In 1380 werd ze dan weer geplunderd door de Engelsen en
Gentenaars. Toen de Engelsen zelf een textielindustrie
begonnen opzetten en zo concurrentie aangingen met de Vlaamse,
verloor de lakenindustrie geleidelijk aan belang en moest de
stad terugplooien op de landbouw. De beroemde Diksmuidse
boter is hier nog een overblijfsel van. In 1566 bereikte
de beeldenstorm de stad. In de tweede helft van de 17e
eeuw werd Diksmuide verschillende malen door de Fransen
(Lodewijk XIV) ingenomen maar heroverd door de Spanjaarden
waardoor de stad (in tegenstelling tot verschillende steden in
Noord-Frankrijk) tot de Spaanse Nederlanden bleef behoren.
Hier werd de overweldiger
gestopt. Toen de Duitse troepen bij het begin van
de Eerste Wereldoorlog door de Belgische linies waren gebroken
en Antwerpen was gevallen, werd beslist om een nieuwe
verdedigingslijn op te zetten aan de IJzer. Dit leidde tot
de slag om Diksmuide (16/10/1914 - 10/11/1914) waarbij Franse en
Belgische verdedigers ondanks hevig verzet de stad moesten
opgeven aan de aanvaller. De IJzervlakte werd onder water
gezet en langs beide zijden van de rivier werden loopgraven
gegraven. Diksmuide lag pal op de frontlijn en zou
gedurende 4 lange jaren bezet blijven. Beschietingen van
beide kanten leidden ertoe dat er van de stad vrijwel niets meer
overeind bleef... Na de oorlog werden een aantal gebouwen
(zoals de Sint-Niklaaskerk en het begijnhof) herbouwd naar de
oude plannen, andere (zoals het stadhuis) werden nieuw gebouwd
maar wel in een historiserende manier. Niet alle
reconstructies zijn even geslaagd vanuit historisch standpunt,
maar de stad is wel een voorbeeld van de
wederopbouwarchitectuur. Het mooiste geheel kunnen we
vinden op de Grote Markt. De IJzertoren werd opgericht als
symbool van vrede maar is ook uitgegroeid tot een symbool voor
de Vlaamse ontvoogding. De stad leed opnieuw schade door
Duitse bombardementen bij het begin van de Tweede Wereldoorlog.
Hoe in
Diksmuide raken?
Met de auto makkelijk te bereiken via de E40 (Oostende -
Duinkerke). Parkeren is geen probleem; vergeet de blauwe
kaart niet want die is verplicht in een groot deel van het
centrum. Met de trein: het station van Diksmuide ligt aan
de rand van het centrum (op wandelafstand van de Grote Markt) en
op de lijn Lichtervelde -
De Panne. Vanuit Gent en Brussel neem je de trein richting
de Panne. Vanuit Brugge neem je de trein richting
Kortrijk; overstappen in Lichtervelde. Meer info:
www.belgianrail.be
Info. De Dienst
Toerisme is gevestigd in een gebouw naast het stadhuis (rechts)
op de Grote Markt. Er is een uitgebreid aanbod van
uitstappen, fietstochten, autoroutes,... te vinden in de
ontvangstruimte. Via dit gebouw heb je ook toegang tot de
"verhalenkelder" van Diksmuide.
Links
-
www.bezoekdiksmuide.be: website van de dienst toerisme van
de stad
- www.aandeijzer.be:
website van het Museum aan de IJzer
Foto 1: De Markt van Diksmuide met
de torens van de Sint-Niklaaskerk en het belfort
Foto 2: De IJzer en het haventje van Diksmuide
Foto 3: De IJzertoren
|

»
Hoe in Diksmuide geraken
» Tours, info...
» Links

» Beerst
»
Diksmuide
»
Esen
»
Kaaskerke
»
Keiem
»
Lampernisse
»
Leke
»
Nieuwkapelle
»
Oostkerke
»
Oudekapelle
»
Pervijze
»
St.-Jacobskapelle
»
Stuivekenskerke
»
Vladslo
»
Woumen
|